Mostar is een stad in het huidige Bosnië en Herzegovina en is eeuwenlang een cultureel kruispunt geweest tussen Oost en West. In 1993 haalde Mostar het wereldnieuws toen de Stari Most, een 16e-eeuws Ottomaans architectonisch meesterwerk, tijdens de Kroatisch-Bosnische Oorlog werd verwoest. De brug stond voor haar inwoners symbool voor de stad, los van hun culturele of religieuze achtergrond. De verwoeste verbindingsbrug tussen het meer katholieke en het meer islamitische deel van de stad zorgde ervoor dat Mostar steeds meer segregeerde en er parallelle werelden ontstonden aan beide zijden van de rivier. Inmiddels is de brug herbouwd en door UNESCO tot werelderfgoed verklaard. Toch is de verbinding tussen de inwoners van de stad daarmee niet hersteld.
In aflevering #12 van Kan niet bestaat niet gaat Arna Mačkić in gesprek met Maurits de Bruijn over haar niet uitgevoerde architectonische interventie JUMP. Gebaseerd op de gedeelde traditie om van de Stari Most te duiken, maakte Mačkić een ontwerp voor een publieke plek waar alle inwoners van Mostar vanaf verschillende hoogtes de rivier in zouden kunnen duiken. Mačkić hoopte zo op een ongedwongen manier ontmoeting te faciliteren en de stad weer samen te brengen rondom hun brug. De springplek is er nooit daadwerkelijk gekomen. Het voorstel resulteerde in een veelgeprezen boek en lezingen wereldwijd, maar ook voor kritiek vanuit de lokale context.
Mačkić vertelt ook over het project Public Centre for Architectural Disaster & Collective Healing, haar inzending voor de Prix de Rome (met Studio L A). Ze reflecteert op het belang van dit soort prijzen voor opkomend talent, maar ook op de problematiek van zo’n op competitie gericht systeem. Beide plannen zijn nooit daadwerkelijk uitgevoerd, en Mačkić won de prijs niet, maar voor haar ligt succes meer in de mogelijkheid om te werken aan projecten waarvoor ze zelf urgentie voelt, en het feit dat haar voorstellen anderen aan het denken zetten.